De engeltjes zijn koekjes aan het bakken.
December 1999.

D rie december is Sophia's eerste verjaardag. Herinneringen aan vorig jaar: ik was bij haar geboorte in Amersfoort. En was drie dagen en twee nachten weg van huis. Ik miste vooral Anna erg. Toen mijn zus haar eerste kind kreeg had ik zelf absoluut geen verlangen om ook weer te baren. De urenlange weeëën, het persen, de volledige inbeslagname gedurende de eerste tijd....Ik was opgelucht dat ik niet meer hoefde.
Nu ben ik zelf hoogzwanger. Achttien december nadert en in deze weken begint het grote wachten. Ik huil veel om Anna. Dat tweejarige meisje loslaten is zo moeilijk. Het is moeilijk om in vertrouwen en overgave de bevalling tegemoet te zien. Maar kijkend naar de donkere engel met het kindje in zijn armen is er ook een zekerheid in mij die weet: er zal een nieuw kindje gebracht worden.

Ik denk met eerbied aan de ziel van dit kind. Deze ziel kiest ervoor om (opnieuw?) naar de aarde te gaan. Vanuit het lichtende, vrije, onbegrensde naar een begrensd, afgescheiden aardeleven.
We worden steeds nieuwsgieriger naar dit kindje dat daar verborgen in mijn buik zit. En we verheugen on een beetje op de kraamtijd hoewel ik mezelf bijna niet toesta daar al aan te denken. Naarmate de uitgerekende datum dichterbij komt word ik rustiger en heb minder huilbuien.

Half december zijn er soms 's ochtends prachtige tinten rood in het oosten te zien. In Duitsland zeggen ze dan: de engeltjes zijn koekjes aan het bakken voor kerstmis.
We gaan naar de drukker voor de voorlopige tekst van het geboortekaartje: 'Dood en geboorte binnen een jaar - ons leven is ondoorgrondelijk wonderlijk. Wij gaan mee met de stroom in vertrouwen en overgave.'
Op de voorkant staat een grote regenboog aan een blauwe hemel boven een weids landschap waarop een huis te zien is.

Er komen kerstkaarten met de post. Op meer dan de helft van de kaarten staat alleen maar 'gelukkig kerstfeest' of iets soortgelijks. Ik ervaar dit als kwetsend. Ik weet ook wel dat men dit niet bewust doet of niet goed weet wat te schrijven. Op andere kaarten staan wel versterkende en troostende woorden die ons goed doen. Ik heb geen zin om de kaarten op te hangen.

<< vorig                  inhoudsopgave                  volgend >>