De kloof!
Maart 1999.

D avid gaat weer naar school. Zijn wereld staat op z'n kop en op school is het tenminste (bijna) net als anders. Iemand heeft potjes met sneeuwklokjes bij ons huis gezet.
Frans en ik gaan de bossen in. Hij heeft een nieuw stukje bos ontdekt: het Stortelersbos. Het groen van het speenkruid en de bosanemonen is al duidelijk te zien naast de beekrand. We zien twee reeën.
Tussen hoge dichte dennen door betreden we een donker pad dat haast magisch aandoet.
Bij slecht weer is het hier overdag bijna echt donker. Er komt een herinnering bovendrijven: de kloof!

De dag na Anna's conceptie maakten we een uitstapje in een natuurgebied in de buurt van het Duitse witte huisje en wandelden daar wat. Het pad dat wij volgden werd steeds smaller en ging letterlijk door een kloof. Een persoon kon nog net tussen de hoge rotsen door. Ergens in deze kloof was een gedenksteen met de naam Anna. We herinneren ons niet meer de preciese tekst.
En we zeiden tegen elkaar: "zou dit iets betekenen?". Want het stond immers al lang vast dat de meisjesnaam Anna zou worden. Op de plek waar de gedenksteen zich bevond kon je niet verder lopen. We moesten dezelfde weg terug nemen.

Condoleancepost komt in dozijnen tegelijk binnen. Zij is voor ons troostrijk en helpend.
Iemand schrijft: "Als gloeiend heet staal snijdt het mes door de verwachtingsvolle banden die nog dagelijks groeien". Er zijn weinig traditionele condoleancekaarten zoals zo'n enge witte rouwkaart met zwarte letters waarop staat: 'met oprechte deelneming'.
Veel mooie kaarten waarop vlinders of bloemen te zien zijn. Zelfgemaakte kaarten ook veel door kinderen. Tekeningen, gedichten, brieven. Men is 'diep geschokt', 'sprachlos, mitfühlend'.
De harten van de mensen gaan open.

Agnes schrijft het volgende: "Het beeld dat zich sterk opdringt nu, na het onverwachte teruggaan van Anna naar het licht, dat is het beeld van jou, Frans met Anna op de arm bij de put voor ons huis. In de pinkstervakantie van 1998 waren jullie erop uit om Winterswijk te verkennen. Aarden in Roosendaal lukte niet en jullie zagen ernaar uit om terug te gaan naar het oosten van het land.
Opvallend was de plek die de aarde toebedeeld kreeg in de eerste kennismaking en de drang om 'te aarden'. Oh, wij allemaal hadden een andere voorstelling van jullie leven hier, in het bijzonder van Anna's leven!"

Veel woorden zijn rechtstreeks tot Anna gericht. 'Vlieg omhoog kleine vlinder, ga maar terug naar de bron. Dans hoog boven de regenboog, in het gouden licht der zon.'
'Vlug, vlug, vlindertje, waar vlieg je heen? Ik vlieg naar de zon en ik groet je meteen! Vlug, vlug, vlindertje met je vleugels van dons. Breng dan aan de zon ook een groetje van ons.'
'Lieve Anna, een paar keer maar hebben we jou gezien. De allereerste keer werd ik getroffen door je grote blauwe ogen. Je lag heel rustig in de armen van je mama en keek om je heen. Je lag daar goed, je was veilig en beschermd. Een paar keer hebben wij je papa over je horen vertellen. Dan gingen jouw papa 's ogen nog meer stralen.'
'Dag lieve Anna, koester je in het licht.'
'Dag, dag kleine Anna met je blauwe jasje aan, met je kleurige sjaal. Zo ken ik je. David wegbrengen, David ophalen. Ik had je willen kennen bij ons in de klas. Maar jij bent van ons weggegaan. Dag kleine Anna. Zwaai je nog eens naar David, naar ons in de kring en naar ons allemaal?'

Ook voor David zijn er aparte kaarten.
'David, voor jou een mooie kaart. Ik hoop dat anderen je een beeld kunnen geven van jou en je zusje. Vandaag is het de dag van de begrafenis. Het regent, maar de regen is mild en in de natuur zie je de knopjes voller worden. Soms gebeurt er iets bijzonders op zo'n dag. Een vogel die bijzonder mooi zingt als je bij het kerkhof bent. Of de zon die roodgloeiend ondergaat.
Een vlucht duiven die je anders misschien niet gezien zou hebben.
Wat zal deze dag jou brengen? Het geheim van de dood van je zusje is net zo'n groot geheim als de pop van een vlinder. In het onzichtbare gebeuren de grootste wonderen.
Ik moet denken aan een klein kleurverhaaltje: Klein Rosa liegt im Arme des Blau, es ist so frisch wie Morgentau.
We wensen je veel zonneschijn in je leven.'

<< vorig                  inhoudsopgave                  volgend >>